Verplicht gebruik?

Het verplicht gebruik van het standaardformulier geldt vanaf 1 januari 2021 voor ANBI’s die:

  1. actief geld of goederen werven onder derden (fondsenwervende instellingen), en waarvan de baten in het betreffende boekjaar meer dan € 50.000 bedragen;
  2. niet actief geld of goederen werven onder derden, als de lasten in het betreffende boekjaar meer dan € 100.000 bedragen.

 

De standaardformulieren staan onder andere op de website van de Belastingdienst. Naast het verplichte gebruik van het standaardformulier voor grotere ANBI’s, zijn er nog enkele kleine wijzigingen en aandachtspunten:

De liquidatiebepaling

De fiscale eis ten aanzien van de liquidatiebepaling is met ingang van het nieuwe jaar versoepeld. Deze eis houdt in dat uit de statuten moet blijken dat het overblijvende vermogen na opheffing van de instelling wordt besteed aan een ANBI met een soortgelijke doelstelling. Met de wijziging van dit jaar vervalt de eis dat er sprake moet zijn van een ‘soortgelijke doelstelling’ voor de meeste situaties. Gelet op de voor culture ANBI’s geldende multiplier in de giftenaftrek blijft deze eis voor culturele ANBI’s wel bestaan.

Integriteitseis aangescherpt

Per 1 januari 2021 is tevens de integriteitseis aangescherpt. Bij twijfel over de integriteit van bestuurders, leidinggevenden of gezichtsbepalende personen van de ANBI, kan de Belastingdienst deze personen verzoeken om een recente Verklaring Omtrent het Gedrag (VOG) te overleggen. Wanneer deze niet overlegd wordt kan de ANBI-status ingetrokken worden (of wordt deze niet verstrekt).

UBO-Register

Op 27 september 2020 is het UBO-register in werking getreden. Het UBO-register verplicht juridische organisaties en rechtspersonen om hun uiteindelijke belanghebbende op te nemen in een centraal geregistreerd register. Als juridische organisaties kwalificeren ook stichtingen en kerkgenootschappen. Ook ANBI zal dus bij de Kamer van Koophandel moeten registreren wie hun Ultimate Beneficial Owner (UBO) is.

 

In de meeste gevallen is de juridische rechtsvorm van een ANBI de stichting. De uiteindelijk belanghebbende van een stichting is een natuurlijk persoon die (in)direct eigenaar is of zeggenschap heeft over de stichting. Er zijn hierbij drie mogelijkheden te onderscheiden:

 

  • Eigendomsbelang van meer dan 25%
  • Meer dan 25% van de stemmen bij besluitvorming tot statutenwijziging
  • Feitelijke zeggenschap

 

Wanneer een natuurlijk persoon kwalificeert middels het eigendomsbelang van meer dan 25% is er sprake van een UBO. Hier is voor veel ANBI’s geen sprake van. Bij meer dan 25% van de stemmen bij besluitvorming tot statutenwijziging en bij de feitelijke zeggenschap wordt ook gesproken van een UBO. Wanneer er geen UBO kan worden aangemerkt zal al het hoger leidinggevend personeel worden gekwalificeerd als pseudo-UBO. In de regel zal dit het bestuur zijn. Juist voor ANBI’s ligt het voor de hand dat het bestuur wordt aangemerkt als pseudo-UBO, zo heeft de Tweede Kamer bevestigd.

 

Afhankelijk van de inrichting van de statuten en de aantallen bestuurders zouden de bestuursleden UBO of pseudo-UBO kunnen zijn. In alle gevallen moeten zij diverse gegevens opgeven in het register bij de Kamer van Koophandel.

 

Publicatiedatum: 15-04-2021

drs. Rob Droppers RA | AA

Directeur

0545-46 36 26 r.droppers@bonsenreuling.nl Stuur een bericht

Meer weten over wat we allemaal doen?

Plan een afspraak met één van onze specialisten.